2014/05/20

Heeft Von Harnack ongewild de voorbereiding naar de Holocaust gefaciliteerd?

In m’n vakantie had ik tijd om eens iets te lezen, wat ik al lange tijd graag wilde doen: de dissertatie van m’n oudoom Kornelis Sietsma (1896-1942). Het is een beetje moeilijk leesbaar, dik boek (502 pag.), getiteld: Adolf von Harnack, voornamelijk als dogmahistoricus (1933). Niet dat ik zo geïnteresseerd was in Von Harnack, maar meer in mijn oudoom: waarover schreef hij? Welke vragen wilde hij beantwoorden? Toen ik eenmaal begonnen was, raakte ik erdoor geboeid, zodat ik het als een plezierig vakantieboek ging ervaren. Het ging mee naar de achtertuin en verder. Deze Von Harnack bleek een soort Abraham Kuyper te zijn, al werd hij in Duitsland, waar hij leefde, geen minister-president, maar hij is zeker van gelijke statuur en grootheid geweest in dat grote Duitsland. De overeenkomst met Abraham Kuyper kwam bij me op, omdat professor Jochem Douma ons behoorlijk duidelijk heeft meegegeven, hoe sterk Kuyper was in zijn Encyclopaedie: dat is: het overzicht over en de indeling van de theologie als wetenschap, met al zijn afdelingen en raakvlakken (mijn vrije formulering). Ditzelfde trof me in Von Harnack. Een groot theoloog, die vooral groot was in het overzien van alle details en raakvlakken, en dat allemaal een plekje wist te geven: een soort mega-overzicht, vergelijkbaar met wat er in de reformatorische wijsbegeerte wordt gedaan: alles een plekje en duiding geven. Geen wonder dat Von Harnack naast z’n professoraat ook gewoon aan het hoofd stond van de Koninklijke Nationale Bibliotheek te Berlijn, die in 1910 al meer dan 1 miljoen titels in beheer had. En Von Harnack betoonde zich een waar bibliothecaris, wat overeenkomt met die gave om altijd het geheel te kunnen en willen overzien. Ik zal niet uitweiden, maar al lezende stond ik perplex! Mooi en goed beschreven door m’n oudoom. Ik ben nog lang niet klaar met dit boek (dat gaat wel even duren). Maar tot op heden bekruipt me ook een beangstigende vraag. Onwetend van wat er zou staan te gebeuren in de komende decennia, onder de leiding van een andere Adolf, blijkt Von Harnack iemand te zijn die wil strijden voor recht en vrede, ook tussen de vele volken. Bemoedigend is te lezen hoe hijz’n oproep doet: “duldt, draagt, weest eensgezind, weg met de kastegeest, wees moedig” (Pag. 104 in de diss.). Ik versta daaronder ook iets als: tegen discriminatie. Hij bepleitte gelijkheid onder de mensen. Von Harnack (gestorven in 1930) had het Nazisme in zijn uitwerking niet goedgekeurd, al had hij nationalistische sympathieën. Aan de andere kant slaat me de schrik om het hart, als ik lees dat hij ook het woord ‘Übermensch’ (van Nietzsche) gebruikt, en ik even verder lees: “waar hij een bijdrage bepleitte voor het instituut van de Kaiser Wilhelm Gesellschaft voor anthropologie, menschelijke erfelijkheidsleer en Eugenetik” (Pag. 108, diss.). Want daar is het toch mee begonnen? De leer over de verbetering van het menselijke ras, aangezwengeld door Darwin (zie Wikipedia, eugenetica en ook: Nationaalsocialisme), die de weg mee gebaand heeft naar de nazistische leer van de superioriteit van het Arische ras, en dan ook de inferioriteit van met name Joden (en anderen) heeft toch uiteindelijk geleid tot de gaskamers, ingericht voor al die inferioren? Heeft Von Harnack zo, ongewild, de weg mee geplaveid voor de opkomst van de rassenleer van de Nazi’s, die de bodem was onder de concentratiekampen en gaskamers, kortom: de Holocaust? Ik ga proberen deze vraag te beantwoorden. Maar de gedachte, dat begin dertiger jaren oom Kornelis dit beschreef, en geen tien jaren later, in 1942 zelf bezweek in Dachau, raakt me. Zaltbommel, 2014-05-20

No comments: